Ervaringsverhaal van Amy
Over de ervaring en betekenis van Recovery Dharma op de weg van herstel van Amy!
Net als zovelen onder ons, groeide ik op zonder dat ik leerde hoe ik om kon gaan met mijn gevoelens, opgevoed door ouders die zelf evenmin geleerd hadden hoe ze met hun gevoelens om konden gaan. En, net zoals bij zovelen onder ons, hebben trauma’s mijn jonge leven getekend. Ik maakte deze trauma’s alleen door, zonder hulp of begeleiding, maar met het aangeboren vermogen om mijn gevoelens op te delen – ze te ‘compartementaliseren’, met een chic woord – en om mezelf te fragmenteren.
Het is dan ook geen verrassing dat, toen ik op 13-jarige leeftijd drugs en alcohol ontdekte, dit voelde als een openbaring. In deze middelen vond ik aanvankelijk de perfecte manier om van mezelf weg te kunnen rennen, om mijn pijn te verdoven. Om een wereld te creëren die aanvoelde als mijn eigen ‘veilige’ wereld, waarbinnen niemand me kon raken. En zelfs als ze me wel aanraakten, kon ik het niet voelen.
Vanaf het begin vond ik het heerlijk om in mijn eentje te gebruiken. Dat was de manier waarop ik het liefste ‘high’ werd. Natuurlijk gebruikte ik ook bij sociale gelegenheden. Ik zat daar dan omringd door mensen. En ik voelde me net een geest. Maar vooral werd ik graag stiekem high en vertelde het aan niemand. Het liefste zat ik alleen in mijn kamer en overtuigde ik mezelf ervan dat deze plek in mijn hoofd de echte wereld was. En dat de wereld daarbuiten, vol mensen en pijn, slechts een illusie was.
Ik was 16 toen ik de eerste keer afkickte. Ik werd voortgedreven door een depressie die geen enkele hoeveelheid drugs meer leek te kunnen verdrijven. Ik wilde dat het zou werken. Ik benaderde nuchterheid als de ijverige student die ik onder alle middelen nog steeds was, gericht op de 10+. Maar na anderhalf jaar was ik eenzamer dan ooit. Ik overtuigde mezelf ervan dat ik kon drinken en gebruiken als een normaal mens. Nog geen twee jaar later verliet ik mijn droomuniversiteit, was ik verslaafd aan cocaïne, had ik ernstige psychische problemen, en wilde ik dood.
Tegen de tijd dat ik eindelijk nuchter werd, was ik 28. Ik had, na jarenlang gebruik, een leven weten op te bouwen, ondanks mezelf. Onderweg had ik wel enkele dieptepunten bereikt. Maar op de een of andere manier eindigde ik met een veelbelovende carrière, een leuke partner en een eigen huis. Ondertussen leefde ik een dubbelleven, mijn onrustige innerlijke wereld verborgen onder mijn harnas van privileges en prestaties.
Maar ik was moe. Jarenlang had ik tevergeefs geprobeerd mijn drank- en drugsgebruik onder controle te houden, door alles te doen wat we doen om onszelf voor te liegen. Het lukte me om te stoppen met drugs. Maar ik dronk altijd weer, omdat ik niet wist wat ik anders moest doen met mijn gevoelens die onvermijdelijk steeds naar boven kwamen. Ik wist niet hoe ik met ongemak kon omgaan.
Ik kickte opnieuw af en stortte me op AA. Ik had het geluk dat ik nuchter was geworden in de San Francisco Bay Area, waar de 12-stappengemeenschap divers en progressief was. Waar het mogelijk was om een gezellige niche van vrouwen- en ‘queer’-meetings te vinden die aanvoelden als thuis. Waar ze het ‘Onze Vader’ niet zeiden en waar hun benadering van het programma en het Grote Boek meer trauma-geïnformeerd, en minder dogmatisch was dan op veel andere plaatsen.
Voor het eerst in mijn leven had ik het gevoel dat ik ‘mijn mensen’ had gevonden. Ik begon mezelf te vinden. Ik leerde hoe ik dicht bij mensen kon zijn. Ik leerde verantwoordelijkheid te nemen voor mijn daden. Ik leerde bovendien dat mijn daden andere mensen beïnvloeden. Op de een of andere manier was dat nooit bij me opgekomen. Ik was zo’n groot deel van mijn leven in beslag genomen door mijn eigen pijn, dat ik op de een of andere manier was gaan geloven dat ik de enige was die iets voelde.
Zo vond ik aanvankelijk houvast in de 12-stappen en daar ben ik dankbaar voor. In deze eerste jaren van herstel begon ik ook het boeddhisme te verkennen. Ik ging naar een retraite van een dag, en hier en daar naar een meditatiegroep. En ik las alles wat ik kon vinden over een boeddhistische benadering van de 12-stappen. Ik dacht dat ik en mijn herstelprogramma onoverwinnelijk waren.
Toen ik vijf jaar nuchter was en moeder van een bijna 1-jarige, besloten mijn partner en ik dat we het leven in de stad niet meer zagen zitten. We verhuisden naar de bergen van North Carolina. Ik was het gewend om te verhuizen, was er goed in om van probleem naar probleem te rennen, en om ergens anders opnieuw te beginnen. Maar deze keer was ik nergens voor op de vlucht. Of in ieder geval: dat dacht ik.
Mijn leven in de Bay Area was geweldig geweest. Maar ik was klaar om aan het volgende hoofdstuk van mijn leven te beginnen. Want er ontbrak nog iets. En ik dacht dat ik het zou vinden op deze onbekende plek, omringd door vreemden. Maar het ging niet helemaal zoals ik het gepland had. Ik had verwacht dat ik gewoon verder zou kunnen bouwen op de 12-stappen en een nieuwe vriendengroep zou vinden, zoals ik dat in Californië had gedaan.
Maar de bijeenkomsten waren vreemd, vol van een Zuidelijke, ‘Christelijke’ God, en wat leek op een twijfelachtige vorm van herstel. De ‘oldtimers’ in deze meetings klonken als sekteleiders. De herhaling van lezingen, uitspraken en slogans begon te vervelen. Met de stress van een jong kind en de enorme levensverandering die de verhuizing met zich meebracht, en zonder de gemeenschap die ik in San Francisco had gehad, begonnen de barsten in mijn huwelijk zichtbaar te worden. Ik voelde me eenzaam. En de basis van zowel mijn herstel als van mijn persoonlijke leven begon wankel aan te voelen.
Op het prikbord van een coffeeshop vond ik bij toeval een flyer van een boeddhistische herstelgroep. Ik besloot het eens te proberen. De bijeenkomst bestond uit een handjevol eigenzinnig uitziende mensen, die op kussens in een cirkel op de grond zaten en over hun leven praatten, op een verfrissend intieme en authentieke manier. Ik had meteen het gevoel dat dit de ruimte was waar ik wilde zijn.
In de daaropvolgende maanden vond ik een thuis in deze nieuwe gemeenschap. Ik begon vanuit een boeddhistisch perspectief te kijken naar mijn persoonlijke groei. Op die manier begon ik verslaving te zien als iets wat veel dieper lag dan als een afhankelijkheid van middelen, of zelfs als een ziekte. Verlangen bleek de menselijke conditie. Maar diegenen die leden onder verslaving – door wat voor samenstelling van trauma’s, ongunstige jeugdervaringen en erfelijke invloeden dan ook – ervoeren deze verlangens vaak meer intens, en verbonden aan dingen die buiten de middelen of het verslavende gedrag zelf vielen.
Het boeddhisme verdiepte mijn herstel op manieren waarvan ik nooit had gedacht dat ze mogelijk zouden zijn met de 12-stappenmethode. Manieren die me uitnodigen om niet alleen naar buiten te kijken met systemen die door anderen zijn gecreëerd. Maar om uiteindelijk naar binnen te kijken en te leren vertrouwen op mijn eigen Wijsheid.
Dat wil niet zeggen dat ik denk dat ik nu alle antwoorden weet. Toen ik nuchter werd, wist ik weinig over hoe ik een eerlijk en gezond leven kon leiden. Daarvoor moest ik leren om naar buiten te kijken, naar vertrouwde groepen te gaan, en te luisteren naar mensen van wie ik wist dat ze me iets waardevols zouden kunnen leren. Ik geloof dat nederigheid essentieel is voor de ontwikkeling van deze wijsheid. Maar naarmate mijn herstel zich verdiepte, groeide ook mijn vertrouwen in mijn vermogen om gezonde keuzes te maken – en om te herkennen wanneer ik hulp nodig heb om uit te zoeken wat die gezonde keuzes zouden kunnen zijn.
Het is bovendien erg makkelijk om me alleen te richten op de naar binnen gerichte aspecten van het boeddhisme. Om mezelf er soms van te overtuigen dat dit een eenzaam pad is. Maar er is een reden waarom Sangha een van de drie juwelen is – naast de boeddha en de dharma – die samen de kern van dit pad vormen. Ik weet dat ik dit niet alleen kan.
Het is daarnaast ook gemakkelijk voor mij om het boeddhisme ingewikkeld te maken. Om het te veel te intellectualiseren. Maar ik weet tegelijk dat ik me het meest geaard voel wanneer ik me concentreer op het gewoon ‘Zijn met de ervaring’, in plaats van te oordelen of te analyseren. En bij innerlijke twijfel herinner ik mezelf aan de kern van de leer: richt geen schade aan. En ik herinner me dat dit inhoudt dat ik ook mezelf geen schade berokken.
Boeddhistisch herstel heeft me geleerd hoe belangrijk het is om vriendelijk en zacht voor mezelf te zijn. Het heeft me geleerd om met aandacht en opmerkzaamheid te kijken naar mijn intenties en mijn motivaties om dingen te doen. Het heeft me geholpen te begrijpen dat ik vrede kan vinden, ongeacht wat er buiten mezelf gebeurt. Dat ik geen externe bevestiging nodig heb om te voelen dat ik genoeg ben. En ik merk dat, hoe meer ik voel dat ik genoeg ben, hoe minder ik hunker naar andere dingen om me te vullen.
Toen we met Recovery Dharma begonnen, was het een van onze belangrijkste intenties om te benadrukken dat dit een programma van empowerment is, niet van machteloosheid. Acceptatie van wat er is, maakt wel degelijk deel uit van de beoefening van gelijkmoedigheid. Het is een integraal onderdeel van onze bevrijding. Maar dat is niet hetzelfde als machteloosheid. Als schrijver weet ik dat woorden ertoe doen. Als overlevende van trauma, te midden van zoveel andere overlevenden van trauma, weet ik dat ik mijn herstel niet wil baseren op machteloosheid.
In plaats daarvan zie ik mijn herstel als een weg naar heelheid en belichaamde, krachtige keuzes. Ik heb misschien niet altijd macht over wat er in de wereld gebeurt, over wat er met mij gebeurt, of zelfs over mijn eigen gevoelens. Maar ik heb wel macht over hoe ik ervoor kies om te reageren. Soms is die macht beperkt door oude patronen en traumareacties. Maar de keuze is er nog steeds. Mijn Boeddhanatuur, mijn bevrijding, is altijd in mij, en is altijd toegankelijk.
Ik heb de kracht om vriendelijk en mild te zijn voor mezelf en anderen. Ik heb de kracht om grenzen te stellen – en ook om te vergeven. Ik heb de kracht om te kijken naar mijn verschillende menselijke verlangens en te onderscheiden wat gemotiveerd wordt door hunkering, tegenover wat gemotiveerd wordt door opmerkzame nieuwsgierigheid, verbinding en medevreugde.
Ik heb de kracht om aanwezig te zijn en om te ademen, door alles wat het leven me brengt, en om dankbaar te zijn voor alles.
(Dit ervaringsverhaal van Amy is een vertaling uit de Engelstalige versie van de 2de druk van het Recovery Dharma Global boek – hier gratis in te zien. Heeft dit verhaal je geïnspireerd om een keer te ervaren wat Recovery Dharma kan betekenen op jouw eigen pad van herstel van verslaving? Je kunt altijd meedoen met één van onze Nederlandstalige bijeenkomsten, fysiek of online. Voor meer informatie over de Recovery Dharma NL meetings: klik hier!)